Neem onze jongens. Het is Oud & Nieuw en ze zijn allebei bij ons. Hoezee, we zijn compleet! Voor de eerste keer in drie jaar tijd gaan we samen het nieuwe jaar inluiden!
Drie jaar? Ja, drie jaar. Want zoonlief zeurde al twee jaar op rij dat hij bij mama wilde vieren. Want die maakt hem wel wakker voor het vuurwerk. Uhh, pardon?
Anyway, gelukkig zijn we dat stadion gepasseerd en heeft hij besloten - nadat we hem zeven keer verzekerd hebben dat hij echt wakker is of gemaakt wordt voor het vuurwerk - dat hij ook bij ons is dit jaar. Gelukkig."Ventje, je hoeft niet terug naar bed, we gaan vuurwerk kijken! - Nee, daar heb ik geen zin in. Ik ga slapen."
En tja, dan ben je acht. Dan wil je stoer zijn. Dus is er vuurwerk, want dat is stoer. Een heus siervuurwerkpakket wordt aangeschaft. 's Middags controleer ik stuk voor stuk de doosjes en de gebruiksaanwijzingen, zodat we 's avonds niet voor een verrassing komen te staan. We blijven wakker, we maken lol, we spelen spelletjes en we eten lekkere dingen. Totdat het half twaalf is, dan begint de debriefing.
Let op. Vuurwerkbril in plaats van gewone bril. Ben voorzichtig. Gebruik aansteeklint. Kijk uit. Zet vier grote stappen terug. Doe normaal. Denk na. Have fun en geniet.
Om twaalf uur barsten we in juichen uit, geven elkaar met z'n allen (minus een slaapkopje) een grote knuffel en haasten ons dan naar buiten. De pret kan beginnen!
Als volleerde vuurwerkshowassistenten gaan ze aan de slag. Ze letten op. Ze zijn voorzichtig. Ze kijken uit en ze doen normaal. Wat ben ik trots op ze en wat vinden ze zichzelf stoer. Prachtig!
Aan de overkant zijn ze minder oplettend. Iets valt er om en twee pijlen schieten onze kant op. Vlak langs de benen van bonuszoon en voor de voeten van zoonlief ontploft er een vuurpijl.
Paniek alom. Vlug naar binnen, waar vrouwlief verschrikt en bezorgd knuffels uitdeelt en een washandje nat maakt voor de kin van zoonlief, die het slachtoffer is geworden van een heus vonkje. Geen blijvende schade, vooral veel schrik.Knal. Boem. Piiiiiiiiiiiiiiiiiiieeeeeeeeeeeeeeeeeep. Auw! Snik.
Even later, als de rust weer wedergekeerd is, bespreken we het verloop. Wat ging er goed? Wat ging er niet goed? De conclusie is eigenlijk vrij simpel. Wij zijn echt cool, de overburen niet.
Juist, en dat bedoel ik. Helemaal trots."Want waarom komen ze niet even vragen of alles wel goed met ons gaat? Ze moeten dat toch gezien hebben? Ik zou dan even gaan vragen hoor, het is toch eigenlijk hun schuld?"
De volgende ochtend ruimen we het vuurwerk op, want dat hoort er ook bij. We rijden naar mijn moeder om te lunchen en een van de jongens merkt op dat er in die wijk echt hele nette mensen wonen, want alle stoepen zijn schoongeveegd en er is geen restje rotzooi meer te zien. Anders is het aan de andere kant van de stad, waar we drie uur later zoonlief bij zijn moeder af gaan zetten. De stoepen en straten liggen bezaaid met papier, dozen, pijlen en andere rotzooi.
Juist, en dat bedoel ik. Helemaal trots."Hier wonen echt stomme mensen die niks om de aarde en andere kinderen geven. Waarom ruimen ze hun zooi niet op?"