Papa Schrijft
Ervaringen die iedere vader wel herkent. Maar dan anders.

Babyboomers Apr 10, 2019

Op mijn werk zijn er twee collega's zwanger. Mee-zwanger. Ik werk met overwegend mannen en de sporadische vrouw die door onze deur naar binnen stapt is of al voorzien óf heeft geen interesse. Zwangere buiken zullen er bij ons dus niet snel rond lopen.

Gisteren heeft er één van de twee een 14-weken echo. Hierbij krijgt hij dan ook te horen of er roze of blauwe rompertjes gehaald gaan moeten worden. De afspraak staat pas om half zes op de agenda, maar vanaf het moment dat hij binnen komt totdat hij om half vijf zijn biezen pakt, heeft hij aan weinig anders gedacht. Best schattig eigenlijk voor zo'n stoere hipster.

Met al het babynieuws om me heen wordt mijn vrouw nieuwsgierig.

"Begint het nu voor jou ook niet weer te kriebelen?"

Oei, is dat een strikvraag? Ik probeer het snel van haar gezicht af te lezen.

"Niet dat ik er nog een zou willen hoor. Ik vraag het me gewoon af."

Fiew. Ik kan vrijuit praten. Wat een opluchting.

We doen een rondje wat als. Wat papa-gevoel betreft zeg ik "kom maar". Heerlijk, zo'n mooie dikke buik strelen en insmeren. En daarna een schattig baby'tje knuffelen. Fantastisch gevoel is dat. Om verliefd op te worden.

Dan wordt het al snel praktisch. Waar komt hij of zij te slapen? Er is geen kamer meer over om te verbouwen - de laatste is al weggegeven aan de jongste telg. Dat wordt dus een kamer delen met de grote zus. Ha ha. Zie je het al voor je?

"Dan doet er nooit meer iemand een oog dicht."

Precies. Dat dus.

Het past niet wel in de auto. Ook pas sinds dat we een half jaar geleden onze trouwe Hyundai Matrix hebben ingeruild voor een zevenzitter. Dat is dus geen excuus meer.

"Ik zou moeten stoppen met werken."

Daar heeft ze een punt. Gastouder zijn en er zelf twee onder de vier hebben, limiteert je behoorlijk in het aantal beschikbare plekken voor opvang-kids. 

"Ik kan nooit meer thuis werken."

Want dat is nu al niet te doen als die kleine wervelwind niet op de peuterspeelzaal vertoeft, laat staan als er dan ook nog een baby zou zijn. 

"Het risico op een tweeling is ook al weer een stuk groter."

Die kans zat er al in bij de laatste, aangezien mijn vrouw dochter is van één helft van een tweeling en dat gen een generatie over slaat. En dan ook nog eens assertiever wordt met de jaren. Dan kan je dus op een paar vingers natellen wat er gaat gebeuren. 

Een tweeling. Stel je voor. Twee jongens van (dan) tien/elf. Een meid van drie/vier. Een tweeling van nul.

De gedachten van ons allebei dwalen even af. Hoe zou het zijn...

Even later komen we weer bij zinnen.

"Misschien moeten we het toch maar niet doen."

Strak plan.